Purperkap
lori.
(Lorius domicellus).
Duits: Erzlori.
Engels: Purple-Naped Lory.
Frans: Lori à nuque pourpre.
Herkomst: Ceram, Ambon en Boeroe.
Totale lengte: 28 cm.
Ringmaat: 8 mm.
Gewicht: 210/250 gram.
Broedduur 24 dagen.
Jongen uit nest na 70/80 dagen.
Uiterlijk: Voorhoofd kruin en achterkant van de kop zijn zwart de uiteinden van de verlengde nekveren violet. De rest van de kop en de buik en flanken zijn rood met op de borst een variabele gele band. De mantel is donkerder rood dan de rest van het lichaam De vleugels zijn groen met een witte aanslag op de vleugelbochten , over de middelste dekveren licht een bronskleurige gloed. De dijen zijn violetblauw. De ondervleugeldekveren zijn blauw, met een brede gele band over de onderkant van de slagpennen. De staart is aan de basis rood en aan het uiteinde roodbruin. De onderkant van de staart is rood met een goudkleurige gloed en met een olijfkleurige band aan de veren. De snavel is oranje, de basis van de bovensnavel is grijs achtig bruin.
De purperkap lori is een vrij zeldzaam voorkomende lori in gevangenschap. In de vrije natuur is hij in verschillende van zijn woongebieden uitgestorven. In verband hiermee werd in 1989 door de AZ in Duitsland een kweekprogramma opgezet om de populatie van deze mooie vogels in gevangenschap te behouden en uit te breiden. Dit is redelijk gelukt en mede hierdoor wordt de puperkap tegenwoordig zo nu en dan toch wel mondjesmaat aangeboden. Volgens sommige liefhebbers kweekt deze soort niet zo gemakkelijk maar anderen hebben toch wel regelmatig goede kweekresultaten. Ze leggen per legsel 2 eieren welke na plm. 24 dagen uitkomen maar dit kan variëren tot wel 26 dagen. De jongen verlaten het nest op een leeftijd van plm. 70 tot 75 dagen. Het zijn vrij agressieve vogels en het is wel aan te raden om dubbel gaas te gebruiken om de buurvogels tegen ze te beschermen. Het is nog steeds zaak om verantwoordelijk met de vogels die we nu nog in ons bezit hebben om te gaan om te zorgen dat deze prachtige vogel blijft voortbestaan.