De Zwartkaplori.

Zwartkap lori.
(Lorius l. lory).
Duits: Frauen-lori.
Engels: Black- capped lori.
Frans: Lori à calotte noire.
Herkomst: Nieuw-Guinea, Papua eilanden en diverse eilanden in de Geelvinkbaai.
Totale lengte: 31 cm.
Ringmaat:7 of 8 mm.
Gewicht: 200/250 gram.
Broedduur 24/25 dagen.
Jongen uit nest na 70 dagen.


Uiterlijk: Schedel zwart, zijkant van de kop, bovenste deel van de borst, stuit en nekband rood. Buik, aarsstreek en broekbevedering donker paarsblauw, vleugels groen, ondervleugeldekveren rood met gele vlaggen. Staart groen,snavel oranjerood, naakte oogring donkergrijs.



De zwartkaplori komt voor in zeven ondersoorten, die zowel in grootte als in kleur soms maar kleine verschillen vertonen. Het is dan uiterst moeilijk om deze zeven soorten  goed te onderscheiden, ook al omdat lang niet alle soorten regelmatig aangeboden worden.Het komt dan ook veel voor dat er kruisingen van verschillende ondersoorten worden aangeboden en dat is natuurlijk jammer want we moeten er toch naar streven om de vogels die we nog in avicultuur hebben in elk geval raszuiver te houden. Bij aankoop van jonge vogels zou ik ook altijd aanraden om indien het mogelijk is eerst de oude vogels te bekijken om te zien of deze wel raszuiver zijn.

Zwartkaplori’s werden vroeger hoofdzakelijk als enkeling in een kooi of ook wel los op een standaard gehouden. Ze gaan vaak door voor zeer leergierige vogels, die vrij goed leren spreken  en snel tam worden, maar het hoeft natuurlijk geen betoog dat lori’s beslist niet geschikt zijn als kooivogel of om alleen gehouden te worden. Tegenwoordig worden ze dan ook meestal paarsgewijs gehouden met het gevolg dat er ook regelmatig mee gekweekt wordt. Een klein nadeel van deze vogels is dat ze behoorlijk hard kunnen schreeuwen en dit laten ze nogal eens horen. Het zijn vrij levendige vogels, die met wat extra aandacht zeer tam en aanhankelijk kunnen worden en graag wat spelen met hun verzorger. Tevens zijn ze vrij sterk en gemakkelijk in hun onderhoud, zodat ze ook geschikt zijn voor de beginnende loriliefhebber. Ze moeten echter wel s’winters over een minstens vorstvrij nachtverblijf kunnen beschikken aangezien ze niet geheel winterhard zijn, en tevens moeten ze het hele jaar uiteraard over een dikwandig broedblok kunnen beschikken aangezien ze net als alle lories dit blok steevast als slaapplaats gebruiken.

Meer info.

error: Content is protected !!